Vaak hoor ik mensen zeggen dat het slecht weer is: grijs, druilerig en dat we moeten hopen op zon. Dat het dan beter wordt, lichter, eindelijk.
Alsof de winter niet meetelt. We daar zo snel mogelijk doorheen moeten. En het leven pas weer leuk wordt als de dagen lengen.
Ik houd van grijs weer. Van regen. Van dat onbestemde, vage. Het geeft me rust. En maakt het leven simpeler, want heel heel veel dingen kunnen dan niet. En hoeven dus niet.
Maar vooral waardeer ik steeds meer de seizoenen. Het Griftpark, waar ik iedere dag ben, is stiller, verstilder. Bereidt zich voor op een nieuw jaar met de groei van de lente, de volheid van de zomer, en de uitademing van de herfst.
Maar nu nog even niet. Nu is er rust.